User Interface

De gebruikersinterface
Nu je in het programma bent, ga je eens kijken wat er te zien is op het scherm.

De gebruikersinterface of gebruikersomgeving is de manier waarop een programma zich voorstelt aan zijn gebruikers.
Door gebruik te maken van pictogrammen en menu's probeert de ontwikkelaar ervoor te zorgen dat het programma gebruiksvriendelijk is.

1. Werkbalk snelle toegang

Op deze plaats bevindt zich de werkbalk "snelle toegang". Hier kan je zelf knoppen zetten van functies die je veel gebruikt. Denk maar aan opslaan, ongedaan maken, ...

2.Titelbalk

Op deze plaats kan je de naam van het document terugvinden.

3.Lint

Hier kan je alle mogelijke knoppen terugvinden om je tekst op te maken.
Ze zijn opgedeeld in verschillende tabbladen. Als je op een ander tabblad klikt dan wordt de inhoud op het lint eronder aangepast.

4.Scrollbalk

Met deze balk kan je naar beneden en naar boven gaan in je document.

5.In-/uitzoomen

Met deze schuifbalk kan je het document inzoomen (vergroten) of uitzoomen (verkleinen). Dit maakt het mogelijk om kleine details op je blad beter te bekijken alsook een totaal beeld te krijgen van je document.

6.Formule balk

Hierin kan je formules invoeren en bewerken.

7. Kolombalk
Deze duid de kolommen aan en word weergegeven via letters.

8. Rijbalk

Deze duid de rijen aan en word weergeven via cijfers

9. Tabbladen

Hier kan je een nieuwe tabblad maken of je huidige tabblad kiezen met elk een werkblad.