Werken met Google
Basisvaardigheden
Basisvaardigheden
We gebruiken zoekmachines zoals Google elke dag. Maar hoe werkt dat eigenlijk?
Wanneer jij iets intypt in Google, krijg je een lijst met resultaten te zien.
Die pagina heet de zoekresultatenpagina (in het Engels: Search Engine Results Page of SERP).
Die pagina kan er telkens anders uitzien, want zoekmachines passen zich aan jou aan.
Zo krijg je soms andere resultaten dan een vriend(in), ook al zoek je hetzelfde. Dit kan liggen aan:
je locatie (bijvoorbeeld: als je in Gent zoekt op “pizzeria”, krijg je andere resultaten dan iemand in Antwerpen);
het apparaat dat je gebruikt (gsm, tablet, computer);
je eerdere zoekopdrachten.
Als je iets intypt in Google, kan je zoekopdracht meestal in 1 van deze 3 soorten vallen:
Je weet al naar welke website je wil, maar niet exact het adres.
Voorbeeld: je wil naar de website van De Lijn, maar je weet niet zeker of het www.delijn.be of iets anders is. Dan typ je gewoon De Lijn in Google.
Je wil iets leren of een antwoord vinden.
Voorbeeld: Hoeveel provincies heeft België? of Wie is Stromae?
Google toont websites met uitleg of weetjes.
Je wil iets kopen of bestellen.
Voorbeeld: Sneakers kopen maat 39 of Laptop bestellen bij Coolblue.
Google toont dan vaak webshops of advertenties.
Als jij straks iets gaat opzoeken, denk eens na welke soort zoekopdracht je dan gebruikt.
Is het navigatie, informatief of transactioneel?
Wanneer je zoekt, zie je drie soorten resultaten:
AI- resultaten: Bovenaan de pagina zie je soms een blok met tekst dat automatisch is geschreven door Google Gemini (AI).
Doordat dit geschreven is door AI, moet je altijd een factchecking doen en verder op onderzoek gaan om te kijken of dit antwoord wel correct is!
Organische resultaten: dit zijn gewone websites die Google toont omdat ze volgens het algoritme het beste passen bij je zoekopdracht.
Betaalde resultaten (advertenties): bedrijven betalen om bovenaan te verschijnen. Vaak herken je dit aan het kleine label “Gesponsord” of “Advertentie”.